Lorber en Christendom
Lorber in het Christelijk denken
Heel wat mensen willen -terecht- weten waar de geschriften van Lorber zich situeren in het Christelijk denken. Zijn ze onder te brengen in één van de vele laden van de New Age-kast? Behoren ze tot een nieuwe stroming binnen één of andere Christelijke kerk? Is Lorber een sekte? …
Hier alvast een poging om wat duidelijkheid te brengen!
De geschriften die Lorber ontving zijn niet onder te brengen bij New Age. Er zijn immers een aantal opmerkelijke verschillen:
1. Een persoonlijke God?
In New Age is God vaak een onpersoonlijke Kracht die leiding geeft aan het universum. In de geschriften aan Lorber wordt duidelijk gemaakt dat God weliswaar het hele universum doordringt, maar dat deze bezieling/geest uitgaat van een oer-machtscentrum waarin een persoonlijke God zich bevindt als de volmaakte Mens.
2. Wie is Jezus Christus?
Jezus wordt in de meeste New Age-strekkingen beschouwd als een meester, naast Boeddha of de vele andere meesters van het Verre Oosten. De persoon van Jezus Christus krijgt er trouwens veel minder aandacht dan het “Christusbewustzijn”. Dit bewustzijn zou men door eigen ontwikkeling (zie verder) kunnen verwerven.
Bij Lorber wordt Jezus, net zoals de Bijbel zegt, als de enige Christus aangeduid (van het Grieks: Christos; is de vertaling van het Hebreeuwse Maschjach = Messias en wil zeggen de Gezalfde Gods), het vlees geworden Woord of Zoon van God, m.a.w. God Zelf die als mens geboren werd en daardoor zichtbaar voor Zijn schepselen tot Verlosser werd.)
Wat betreft de wederkomst van Christus: In New Age-kringen gelooft men dat een nieuwe Messias zal opstaan. In Lorber wordt duidelijk dat de wederkomst slaat op het terugkeren van (de leer van) Christus in het hart van de mens. Dit gebeurt nadat de mens tot inzicht gekomen is dat het materialisme uiteindelijk niet gelukkig maakt, maar een leegte (de “dood”) achterlaat. Deze wederkomst brengt een persoonlijke verbinding met God tot stand en is duidelijk veel méér dan een vaag “christusbewustzijn”. Jezus Christus als God-mens is eeuwig en ook eeuwig aanwezig hoewel hij niet met de fysieke ogen waarneembaar is. Naar Zijn belofte zal Hij echter wel kunnen aanschouwd worden door mensen die Hem ten volle in het hart dragen.
3. De wet van karma.
Bij New Age is sprake is van een soort “zelfverlossing”, dwz men moet steeds opnieuw als mens reïncarneren tot men zijn eigen fouten goedgemaakt heeft (eigen karma oplossen). In de Nieuwe Openbaringen aan Lorber is het duidelijk dat Jezus Christus als onze Verlosser, gedreven door Zijn haast onbegrijpelijke Liefde, de kruisdood onderging ter “vergiffenis van de zonden”. De zonden zijn daadwerkelijk vergeven indien de mens berouw toont en al het mogelijke doet om voortaan te leven naar het Woord van de Heer.
4. Zelfverwerkelijking.
Het idee van zelfverwerkelijking leeft zeer sterk bij New Age. Door de zelfverwerkelijking bereikt men het Christusbewustzijn. Bij de zelfverwerkelijking streeft de mens er enkel naar zichzelf te zoeken en zijn eigen spirituele weg te ontwikkelen, ondermeer door het volgen van cursussen, het gebruik maken van attributen als tarotkaarten, wierookstokjes, pendel, klankschalen, new age-muziek, het doornemen van spirituele lectuur,…
Een heel aanbod waaruit men kan consumeren en wat vaak een gevoel van eigendunk geeft. Men is goed zoals men is en men moet doen waar men zich goed bij voelt, zich geen zorgen maken en zichzelf zijn, het eigen ik voorop stellen,… Leven naar het voorbeeld van Jezus komt hier pas op de tweede plaats. Zorg eerst voor jezelf en dan pas voor een ander. Zo worden de mensen op een heel verfijnde, zachte wijze van God afgeleid.
Heel andere klemtonen vindt men bij Lorber: niet in de eerste plaats zichzelf verwerkelijken, maar wel het rijk Gods zoeken d.i. de weg van de liefde volgen. Bemin God bovenal (in je hart) en je naaste als jezelf. Maar zich vervolmaken naar het voorbeeld van Jezus vraagt inspanningen en een grote mate van zelfverloochening. Men moet de zwakheden van het eigen “ik” aanpakken, het “ik” moet kleiner worden, of zoals Paulus zegt: “Niet ik leef, maar Christus leeft in mij”. Hierbij staat de zorg voor de medemens boven zorg voor zichzelf. Lectuur en allerlei gebruiken kunnen zeker een hulpmiddel zijn, maar zijn geen doel op zich. Geen woorden, maar daden!
Aanvaarding van openbaringen?
Hieruit blijkt duidelijk dat de nieuwe openbaringen aansluiten bij het christelijk denken van de bestaande christelijke kerken. De nieuwe openbaringen vormen echter geen strekking binnen één van de Christelijke kerken, ze zijn niet gebonden aan één van hen. De lezers ervan kunnen tot om het even welke kerk behoren. Lorber zelf was katholiek en bleef dit ook tot aan zijn dood. Toch wordt er geen stelling genomen pro of contra een christelijke kerk.
Waarom zijn deze geschriften dan zo weinig gekend? Waarom verzwijgen de kerken deze openbaringen? Dit heeft vooral te maken met de soms zware kritiek op mistoestanden van de kerk. Kritiek op de kerk bijna 200 jaar geleden was niet vanzelfsprekend! Een ander “probleem” om de geschriften te erkennen is de vraag of openbaringen nà de dood van Jezus Christus wel kunnen. De Katholieke kerk aanvaardt wel dat er privé-openbaringen zijn, maar geen openbaringen -hetzij in negatieve of in positieve zin- die betrekking hebben op wat in de bijbel geschreven staat en die voor de hele mensheid bedoeld zijn. Andere Christelijke kerken aanvaarden zelfs geen enkele openbaring vanuit de geestelijke wereld. Om deze reden komen nieuwe openbaringen niet aan bod, of worden ze zelfs in een negatief daglicht gesteld. Onterecht alleszins volgens de lezers.
Een Christelijke stroming of een sekte?
Hier kunnen we zeer kort zijn: Er is in de nieuwe openbaringen geen sprake van een goeroe of meester, geen hiërarchie, geen financiële of andere verplichtingen, geen beperking van vrijheid, geen door mensen samengestelde leer, geen religieus of opleidingscentrum, geen fanatieke of fundamentalistische opvattingen,…
Mensen die zich verdiepen in de mystieke geschriften van Lorber willen deze schatten wel met elkaar delen, zoeken mekaar op, treden in dialoog met elkaar, organiseren lezingen en weekends,…
Men mag terecht zeggen dat deze mystieke lectuur (en elke waarachtige mystieke lectuur) de beste voorwaarden schept om in een geest van oecumene mekaar als broeders en zusters lief te hebben. De verschillen die er tussen de verschillende kerken zijn, zijn immers niet wezenlijk, het zijn slechts verschillende tijds-, cultuur- en kerkgebonden uitingen van één en hetzelfde geloof.
Jakob Lorber en andere mystici zoals Mayerhofer, Engel,… vormen m.i. een christelijke stroming die probleemloos kan samengaan met actieve deelname binnen een christelijke kerk. Voor zowel leken als religieuzen is het een verrijkende inspiratiebron.
Enkele kenmerken in deze stroming
In de werken van Lorber ontwaart men een christelijk denken dat doordrongen is van een aantal opvattingen die als fris en eigentijds kunnen beschouwd worden, en die (wellicht) minder nadrukkelijk in de meeste christelijke kerken tot uiting komen. We denken aan:
- De verbondenheid tussen de mens en de natuur en de kosmos.
- God is niet (alleen) buiten ons aanwezig, maar ook binnen onszelf te vinden. De ontmoeting met God is slechts (hoofdzakelijk) mogelijk via de innerlijke weg.
- De vrije keuze van het individu en de individuele vrije wil staan centraal; organisaties en structuren zijn slechts hulpmiddelen maar mogen geen dwangmiddelen zijn om de mens naar God te leiden. Liefde staat niet los van vrijheid. God kon de mens zó geschapen hebben dat hij perfect beantwoordde aan Zijn wensen, maar zoals meermaals gezegd wordt: hij zou dan een “mensenmachine” zijn.
- Het idee dat we op de drempel staan van een nieuw tijdperk, waarin het (louter) materialistische en rationeel denken plaats maakt voor een leven vanuit het innerlijke. Dit “denken vanuit het hart” is gebaseerd op hogere, spirituele principes, waarvan de liefde de allerbelangrijkste is. Intuïtie en innerlijke wijsheid & liefde staan op een hoger plan dan het rationele denken.
- Het bewustzijn dat omstandigheden en situaties in ons leven niet toevallig zijn. God leidt ons leven (de “Goddelijke Voorzienigheid”) in de zin dat Hij de weg wijst, maar wij de keuze hebben die weg al dan niet te bewandelen. Maar de omstandigheden beperken geenszins de persoonlijke vrijheid van de mens; de mens is niet de speelbal van God. De omstandigheden zijn meestal het resultaat van de eigen keuze die de mens voordien maakt. Indien die keuze niet is volgens de Goddelijke Orde, wordt die keuze op zich toch door God zo ruim mogelijk gerespecteerd (in de zin van: toegelaten, geduld) maar de “gevolgen” houden wel een les in. Die les is evenwel geen opgelegde straf, maar de onaangename gevolgen worden wel vaak als dusdanig aangevoeld.
- De mogelijkheid dat de mens ook in deze tijd doorgevingen of openbaringen ontvangt.